Wetenschappelijke studies over de moeilijkste relatieperiodes
De overgang naar ouderschap
De overgang naar het ouderschap is de meest consistent gedocumenteerde moeilijke relatieperiode. Een meta-analyse uit 2022 van 49 empirische studies toonde aan dat huwelijkstevredenheid daalt matig tussen de zwangerschap en 12 maanden na de bevalling, en neemt voor beide partners iets verder af tussen 12 en 24 maanden. Ouderparen ervaren een significant sterkere daling in tevredenheid in vergelijking met niet-ouderparen vanaf de prenatale fase tot en met het eerste jaar na de geboorte.
Gezinnen met jonge kinderen en tieners
Gezinnen die opvoeden jonge kinderen of tieners voortdurende relatieproblemen het hoofd moeten bieden. Onderzoek met behulp van structurele vergelijkingen identificeerde deze twee gezinsfasen als significante negatieve voorspellers van huwelijkstevredenheid, wat een groot deel van de variabiliteit in de uitkomsten van relaties op de lange termijn verklaart. Wanneer kinderen de adolescentie bereiken, neemt de intensiteit van conflicten vaak toe, waardoor dit een kritieke periode voor huwelijken op middelbare leeftijd.
Vroege huwelijksjaren
De eerste jaren van het huwelijk zijn statistisch gezien de periode met het hoogste risico op echtscheiding. Uit onderzoek blijkt dat De kans op echtscheiding is het grootst in de eerste paar jaar Mensen die in hun tienerjaren trouwen, hebben twee tot drie keer meer kans om te scheiden dan mensen die in hun twintigerjaren of later trouwen.
Midlife-overgangen
Midlife-overgangen unieke druk met zich meebrengen. Longitudinale studies die koppels gedurende 15 jaar volgden, laten zien dat huwelijkstevredenheid bereikt dieptepunt wanneer partners in de veertig of vijftig tienerkinderen krijgen. Deze periode valt vaak samen met een carrièrestagnatie, een heroverweging van de zin van het leven en de zorg voor ouder wordende ouders – allemaal factoren die bijdragen aan emotionele en relationele spanningen.
Tegenstrijdige bevindingen over het latere leven
De Lege Nest-periode levert gemengde resultaten op. Sommige langetermijnstudies vinden dat vrouwen ervaren een aanzienlijke toename in huwelijkstevredenheid Zodra de kinderen het huis uit zijn, kan de levenstevredenheid echter onveranderd blijven. Achttien jaar durende longitudinale gegevens tonen aan dat vrouwen met een leeg nest een hogere huwelijkstevredenheid rapporteren dan vrouwen die nog thuis de kinderen opvoeden. Dit suggereert dat de overgang de focus op het partnerschap bij sommige stellen kan vernieuwen.
Belangrijkste onderzoeksinzichten
Recent longitudinaal onderzoek met behulp van latente klassegroeianalyse stelt eerdere aannames ter discussie. Het toont aan dat 67,6% van de stellen ervaart weinig of geen verandering in huwelijkstevredenheid in de loop van de tijd. Achteruitgang komt vooral voor bij koppels grote veranderingen in het leven ondergaan—zoals nieuwe ouders worden—of degenen die gingen het huwelijk in met een reeds lager tevredenheidsniveau.
Over het geheel genomen wijst het bewijsmateriaal erop dat belangrijke levensveranderingen—vooral de bevalling, het ouderschap tijdens de adolescentie en de aanpassingen op middelbare leeftijd—zijn de periodes waarin relaties het zwaarst onder druk staan.